Het etaleren van andermans leven als kunst
(NRC Handelsblad, 19 juni 2009)
Vorige week kreeg een jonge Rotterdamse ontwerpster, de schrik van haar leven. Ze kreeg een uitnodiging voor een tentoonstelling die. over haarzelf bleek te gaan. Twee Rotterdamse kunstenaars, Kiki Storm en Miriam Thijssen, hadden haar weblog gevonden, waarin Van Beek vertelt over haar studie, haar werk, persoonlijke dingen, inclusief pikante foto's. Storm en Thijssen besloten er 'een project' van te maken. Wie een beetje verstand heeft van internet kan er veel persoonlijks vinden. Twee maanden volgde het duo de Hyvesgesprekken en Twitterstreams van de vormgeefster, zoals haar boze reacties op omroepvereniging PowNed die wel geld had afgeschreven maar geen abonnement had geleverd en meer van die zaken. Haar adres en telefoonnummer waren ook zo gevonden. Al met al verzamelden de kunstenaars genoeg materiaal om een volledige tentoonstelling in te richten waarin zelfs haar kamer, op basis van foto's op haar weblog, was nagebouwd. Vorige week opende in de Singer SweatShop, een van Rotterdams nieuwste broedplaatsen, hun tentoonstelling 'It could be you'.
De bedoeling van de kunstenaars is klip en klaar. Zij willen met hun presentatie een statement maken over privacy, publiek versus privaat, de schijn van anonimiteit. Bepaald nieuw is die boodschap niet - campagnes roepen burgers op om online voorzichtig te zijn met persoonlijke gegevens, of dat nu pincodes of familiefoto's betreft. Net zoiets deed kunstenaar Tinkebell die via internet de persoonsgegevens achterhaalde van de hatemail die zij ontving nadat ze haar kat in een handtasje had veranderd. Ook die informatie is tot kunst verheven door het te publiceren.
Met deze shock-art, want zo is het toch bedoeld, proberen kunstenaars fatsoensnormen op te rekken, in de hoop dat kunst weer kan schuren zoals ten tijde van de wilde avantgardes vorige eeuw. Taboes moesten doorbroken worden en kunst hielp daarbij. Nu we dat gewend zijn, is het niet eenvoudig meer om commotie te veroorzaken. Storm en Thijssen slagen daarin - de tentoonstelling duurde maar een dag, maar leeft voort op online fora. Het massamedium internet is voor webloggers een huiskamer, terwijl bij de meeste huiskamers een ander massamedium binnendringt: televisie. Afgelopen weekend opende in Gorinchem een kunstroute over Gorcumse identiteit waarbij Anno Dijkstra beeldjes in vensterbanken zette van Abu Ghraib martelingen en andere horrorbeelden uit het NOS-journaal. Terecht stelt hij dat vooral televisie onze kijk op onze leefwereld bepaalt en daarmee de kijk op onszelf. We gaan er niet meer op uit om de wereld te ontdekken en zelf een oordeel te vormen, dat doet de treurbuis voor ons. Met zijn vensterbankbeeldjes hoopt hij onze passiviteit over het wereldleed te doorbreken.
Heeft het nog zin, zulke kunst? Als Storm en Thijssen geen kunstenaars waren geweest, zou hun daad veel verontwaardiging hebben opgeroepen. Nu schreef een van de bloggers in Rotterdam in een discussie: "Ach ja, het is kunst, hè. En dan mag dat." En Dijkstra's kijk op identiteit is uiterst raak, maar of zijn vensterbankbeeldjes nog een schok van compassie kunnen veroorzaken? Dat stadium lijkt voorbij. We zijn zoveel gewend van kunst, internet, fotografie, journaalbeelden - schokkende beelden schokken niet erg snel meer. Veertig jaar geleden gaf Susan Sontag fotografen er de schuld van dat ze ons murw maakten voor wereldleed, zoiets kun je de kunst ook aanwrijven. Kunstenaars hebben zoveel taboes doorbroken dat we van de kunst vanzelf porno, geweld en knielende Hitlers verwachten. Het is een verdienste van de kunst, dat alles mag. Maar we zullen er niet snel meer van wakker liggen. Tenzij je die ene Rotterdamse vormgeefster bent natuurlijk.
|