Het hout is weer in opmars
(NRC Handelsblad, 16 juni 2014)
Zou hout, het meest ouderwetse bouwmateriaal dat er is, kunnen
helpen bij de enorme bouwopgaven van de toekomst? Sommige architecten
denken van wel. In 2014 woont 75% van de wereldbevolking in steden,
aldus architect Michael Green uit bosland Canada. Staal en beton
zijn volgens hem passé en met hout kun je milieuvriendelijk bouwen,
zelfs hoogbouw, door het materiaal innovatief te uppimpen om vuur
en paalrot te weerstaan. Zo ver zijn we in Nederland nog niet (in
de praktijk in Canada ook nog niet) maar architectenbureau Search
gaat beginnen aan een houten hotel in Amsterdam, toch dertig meter
hoog.
Dat hout vergeleken met beton de beste papieren heeft, blijkt in
HOUT: een tentoonstelling over de geschiedenis en toekomst van dit
bouwmateriaal. Met tal van voorbeelden propageert het de veelzijdigheid
ervan, goed voor de luchtklimaat en altijd leverbaar door snelgroeiende
productiebossen met kilometers bomen in het gelid, op foto's unheimlich
als de robotlegers in de film I Robot...
Toch is dit een positief gestemde tentoonstelling van Het Nieuwe
Instituut dat als fusieorganisatie van een vormgevings- en architectuurinstelling
die beide poten wil verenigen in een serie materiaaltentoonstellingen.
Het geplande porseleinvervolg klinkt alvast luxueuzer, lijm juist
glijerig seventies, waarbij hout solide afsteekt als elementaire
basis. Hout is van oudsher overal. De expositie begint dan ook gedegen
ambachtelijk met handgesneden ornamenten, pollepels, krukjes. Op
een Middeleeuws tapijt is verbeeld hoe het kappen een lokale productie
teweeg bracht. Maar zoals de aartsconservatieve Milton Friedman
in een filmpje uit 1980 uitlegt, is zelfs een doodsimpel potlood
inmiddels ondenkbaar zonder wereldhandel - rubber van het ene continent,
hout van een ander, ijzer weer uit een andere windrichting. Kapitalisme
is maar het beste, is de moraal van zijn verhaal, waar het geëxposeerde
filmpje van Michael Green met zijn duurzaamheidsbetoog een mooie
relativering op is. En ontbossing? Gewoon bijplanten.
Zo zit HOUT vol lijntjes, zoals een barokke pronkkast met maar liefst
elf soorten hout in prachtig intarsia naast een Ikea-kastje: zesentwintig
houtsoorten, tot pulp vermalen met een laagje nepfineer erop. Er
is geen weg meer terug van Friedmans kapitalisme en de expositie
benadert dat positief - misschien iets té. Al is het zeker interessant
om te zien hoe slim houtkapitalisme zich ontwikkelt, met duurzame
onderwaterbossen en technologieën om hout te modificeren voor menselijke
implantaten, als beenmergvervanger.
Maar zal het voor veelbezoekers toch gewoon romantiek zijn die de
tentoonstelling bindt, tussen alle tandenstokers en Ikea-fineer
door. We houden van bomen. Ze ruiken lekker. Ze zijn mooi. Warm.
Allemaal hebben ze een andere nerf. Die schoonheidsbeleving is sinds
de moderne tijd - de angst voor wolven voorbij - hoe we bossen waarderen.
Dürerprenten, nephouten smartphones, bossige smartphonegames, Thoreau,
extreem-rechtse natuurminnaars, open-haard-dvds, ja zelfs de bekende
foto van Poetin met zijn blote bast vissend in het bos - zo groot
zijn de verschillen nu ook weer niet. Na alle duurzaamheidsoptimisme
is dat besef dan toch wat ontluisterend...

Tentoonstelling: HOUT 'De cyclische natuur van materialen, plekken
en ideeën' t/m 10 augustus 2014 in Het Nieuwe Instituut, Museumpark
25, Rotterdam. Di-za 10-17u, zo 11-17u. www.hetnieuweinstituut.nl
(foto: Sequoia National Park, Californië ca. 1910)
|