Een onheilsprofeet die in de liefde gelooft
Door Sandra Smets, augustus 2005
Vooral overzees komen ze voor: geloofsfanaten die op straathoeken
orakelen dat de wereld binnenkort vergaat. Dat niemand naar ze luistert,
zet ze ertoe aan nog wanhopiger en directer hun passanten toe te
roepen. Iemand die zijn waarschuwingen ook lijkt uit te schreeuwen,
is kunstenaar Afshin Ghadery. In de Poolse Galerie exposeert hij
ruim dertig sculpturen en schilderijen, die dertig noodkreten zijn.
Hij schildert onderdrukte arbeiders, Verdonk die een Iraanse moeder
uitzet, een despotenonderonsje van Bush en Hammoerabi.
Dit alles verbeeldt Ghadery met een eigenaardige schildertechniek:
alle vormen bouwt hij op uit touwtjes die hij op het doek plakt
en dan beschildert. Dit deed hij ook twee jaar geleden al. Toen
had hij een solo aan de Oostzeedijk, in de Cee Dee Jay's Galerie
die inmiddels ter ziele is. Zijn schilderijen leken toen vooral
persoonlijke nachtmerries. Ze gingen over schendingen van mensenrechten,
wat vast te maken heeft met het feit dat Ghadery als Koerd Iran
moest ontvluchten. Intussen is zijn werk veranderd. Tegenwoordig
zijn het de kranten en het nieuws waar hij zijn scherpe, boze beelden
op ent. Zo vindt hij dat minister De Geus Nederland in Europese
onderhandelingen te grabbel gooit. Het inspireerde hem om De Geus
te portretteren als insectenverdelger die Nederland volspuit met
gif.
Ghadery waarschuwt ons net zo onomwonden als dat de onheilsprofeten
op hun zeepkistjes dat doen. Zonder enige nuance of zelfs maar leestekens
propt hij zoveel mogelijk teksten over dood en verderf in alle hoeken
en gaatjes van zijn schilderijen. Maar net als de voorspellers op
de straathoeken, wordt ook Ghadery niet gehoord: het is zijn techniek
die hem zijn stem ontneemt. De met verf besmeerde touwtjes zijn
lastig leesbare letters. Dan is het aan de voorstellingen om ons
angst aan te jagen. Zoals het schilderij van een schoorsteen waar
een schim in valt. De arceringen tarten alle perspectivische wetten,
zodat de schacht één grote, akelige draaikolk wordt.
De tekst die er al even onheilspellend omheen cirkelt, is echter
het jaarverslag van de bewonersvereniging Mathenesserkwartier.
Je zou het niet zeggen, maar het schijnt dat Ghadery juist veel
lol heeft om de enorme dramatiek die hij in zijn werk weet aan te
brengen. Misschien betekent dat dat Ghadery toch niet zo zwaar op
de hand is, of althans minder dan twee jaar geleden. Zijn solo toen,
die overigens goed maar ook erg matig werk bevatte, was een en al
doemdenken. Zijn expo nu is sterker en ook veelzijdiger. Zijn kleurpalet
is uitgebreid, en tussen alle onheilsprofetieën duiken zelfs
momenten van vreugde op.
Tussen de doeken met schietende
militairen hangt bijvoorbeeld een dansende koe. Een gekke koe, maar
toch. Dansende Koerdische vrouwen ook, enkele naakten zelfs, en
een bruid. De naïeve lineariteit die Ghadery's doeken zo nachtmerrieachtig
maakt, krijgt hier zowaar iets aandoenlijks. En in de wolkenloze
hemel boven het hoofd van de bruid is de tekst soms zelfs leesbaar:
'Kom zet alles op zijn juiste plaats en houdt van iemand die ook
van jou houdt / o liefde'.
Afshin Ghadery, t/m 20 augustus 2005 in de Polish Art Gallery,
Henegouwerlaan 120 A Rotterdam. Vr - za 14 - 18 u.
|