Glanzende druiven en aaibare perziken
(NRC Handelsblad, 21 oktober 2006)
Wie kan spontaan een achttiende-eeuwse Nederlandse schilder opnoemen?
Bijna niemand. De zeventiende eeuw biedt volop keus, de late negentiende
eeuw ook. Maar in boeken over kunst uit de achttiende eeuw zijn
Nederlanders moeilijk te vinden. Het was de tijd van de rococo,
waar Fransen en Italianen in uitmuntten. Wuft, frivool, licht van
toets en moraal. De Hollandse Gouden Eeuw was voorbij en Nederland
was weer een klein landje, artistiek niet van belang. Het Prinsenhof
in Delft is het daar niet mee eens: de vergeten Amsterdamse bloemenschilder
Jan van Huysum (1682-1749) verdient eerherstel, vindt het museum.
De hele achttiende eeuw gingen Hollandse schilders gebukt onder
het roemrijke kunstverleden maar ook was er gewoonweg geen behoefte
aan vernieuwing. Wat de kunstenaars wel deden, was dat ze de genres
die in de voorgaande eeuw waren ontstaan, vertaalden in de nieuwe
tijdgeest van welvaart en vrolijkheid - gedicteerd door de Franse
courtoisie. Zo ook Van Huysum.
Aanvankelijk schilderde hij in de traditie van Balthasar van der
Ast en Jan Davidsz. de Heem. Net als zij plaatste hij boeketten
in een donkere muurnis, waar dramatische lichtval een paar bloemen
deed oplichten. Na een paar jaar verving hij dat zwart door doorkijkjes
in tuinen waar sjieke dames tegen antieke beelden leunen. Die achtergronden
doen denken aan de vlotjes getekende theaterdecors die de elite
van de pruikentijd kende. Ook in de verouderende vanitasmoraal zag
de schilder niets. Als Van Huysum een tulp liet verwelken, was dat
niet om ons te wijzen op de vergankelijkheid, maar omdat de bladeren
zo elegant vielen.
Uiterst zorgvuldig componeerde Van Huysum overvolle boeketten die
fysiek in geen vaasje zouden passen. Tulpen, pioenen en exotische
bloemen verdrukken elkaar bijna - botanisten kunnen nu nog watertanden
van deze gevarieerde pronkstukken. Ook strooide hij rijkelijk met
vruchten waar hij wespen en vliegen op liet lopen. Glanzende druiven,
aaibare perziken, opengebarsten meloenen met draderig vruchtvlees,
schilderde hij met een minutieuze, technische perfectie - soms te
perfect.
Want sommige latere boeketten zijn zo netjes gecomponeerd, dat
ze stijfjes werden. Zijn schetsen zijn sensueler, en sterker van
kleur dan de fletse panelen - de tragiek wil dat hij verkeerde verf
gebruikte. Veel groene bladeren zijn blauw verschoten, groene druiven
zijn bijna wit. Maar is het allemaal de schuld van de verf of was
het ook Van Huysums bedoeling om alles zo tam egaal te kleuren?
Eén ding kun je de verf niet verwijten: de zo gelijkmatige
lichtval maakt het geheel bleker dan in zijn vroegere, sterkere
stillevens. Frisheid is niet alles, zelfs niet in een boeket.
De laatste zaal vertelt, zoals dat hoort bij een romantisch kunstverhaal,
dat het slecht afliep met Van Huysum. Hij raakte uit de mode. Maar
er is een lichtpuntje. 's Winters, als er geen bloemen waren, tekende
hij zuidelijke landschappen. Deze werden later zeer gewaardeerd,
en terecht. Hierin schetste hij een heerlijke atmosfeer van loomheid
of juist woest noodweer, dat de mens klein en nietig maakte.
In de negentiende eeuw gingen burgers echte bloemen in huis zetten,
in plaats van geschilderde. Bloemen werden decoratief in plaats
van moraliserend of betoverend exclusief. Ze zouden hun plek als
belangwekkend thema in de kunst afstaan aan de mens en het landschap.
Het Prinsenhof maakt deze dood van het bloemstilleven - onbedoeld
- extra duidelijk. Je betreedt de tentoonstelling via een soundtrack
van vogelgeluiden. In elke zaal staat wel een rieten mandje met
plastic bloempjes. Of een gietertje, met nepvogels. Of een plastic
Eftelingkikker. De patio is artistiekerig gebloemschikt door een
hedendaagse kunstenaar. Het getrut waarmee Van Huysum hier wordt
omgeven, haalt hem omlaag als serieuze kunstenaar. Ook al is veel
van zijn werk niet meer helemaal onze smaak, hij verdient een betere
plek dan een tuincentrum.

Jan van Huysum, De Verleiding van Flora. T/m 7 januari in Museum
Het Prinsenhof, Agathaplein 1, Delft. Di t/m za 10-17u, zo 13-17u.
Inl.: 015 2602358 / www.prinsenhof-delft.nl
|