De oorsprong van de Rotte
(NRC Handelsblad, 20 juli 2007)
'Manhattan aan de Maas', 'Rotterdam architectuurstad' - het is
sneu dat juist nu Rotterdam zijn architectuurjaar viert, het beeld
van metropolitaine architectuurstad steeds meer als mythe wordt
beschouwd. Deze krant berichtte al dat Amsterdam meer interessante
gebouwen blijkt te hebben dan Rotterdam en nog meer twijfel wordt
gezaaid door het boek 'Dromen van een Metropool', dat dit voorjaar
verscheen. Daarin wordt onderzocht hoe het toch komt dat wij denken
dat Rotterdam een wereldstad is.
Of die beeldvorming nu klopt of niet, het is wel de kern van de
Rotterdamse city branding. En de beeldende kunst van de manifestatie
'Rotterdam 2007 City of Architecture' voedt die mythe, zo blijkt.
In opdracht van het architectuurjaar schilderde Luuk Bode de stadsgeschiedenis
als een enorme draaikolk van eindeloos staal, beton en wegen. "De
energie die in de stad heerst, heb ik als een stuwende kracht willen
weergeven," zegt Bode. Zijn schildering bedekt tot eind deze
zomer de straattegels van de Binnenrotte, het plein naast station
Blaak.
"Iedereen weet in Amsterdam de Dam, waar de dam in de Amstel
ligt. Maar niemand weet waar de dam in de Rotte ligt," vertelt
historicus Jan van den Noort bij de onthulling van het kunstwerk
eind juni. "Hier dus," zegt hij vanaf een bankje bij station
Blaak, wijzend over de Binnenrotte waar doorgaans de markt wordt
gehouden. "Hier vloeide de Rotte en de dam lag op de kruising
met de Hoogstraat - genoemd naar de verhoogde dam." Het architectuurjaar
draait om allerlei moderne panden, maar enige historie is er ook
op zijn plaats, vond de organisatie. Zij benaderde kunstproductiebedrijf
the Mothership, dat op zijn beurt Bode benaderde. En al gaat het
er officieel niet om de bouwkundige erecties aan de Blaak en Weena
te evenaren, met zijn drieduizend vierkante meter verraadt het kunstwerk
toch enige Guinness Book aspiraties.
De meeuwen en mensen op de grond hebben niet door waar ze op wandelen,
zo groot is het. Het is als met een graancirkel: je ziet pas vanuit
de lucht wat het voorstelt. Daarom is een toren opgericht die uitzicht
biedt op de onderkant van de schildering: het beginpunt van waaruit
de stadsbeelden omhoog en uiteen waaieren. Dit knipoogt naar de
traditie van schildertrucs - kunst met spiegels, trompe l'oeils,
panorama's en andere visuele hoogstandjes waarmee in vorige eeuwen
kunstenaars de mens vermaakten - niet zelden op markt en kermis.
Maar Bode's ontwerp is niet zo ingenieus. Het optisch bedrog komt
niet uit de verf en de dynamische compositie heeft weinig effect
op zijn rechtlijnige omgeving. Het ontwerp dat er nu ligt, zou net
zo goed op een t-shirt of poster passen zonder dat er iets aan verloren
gaat.
Maar, grootstedelijk is het zeker, en niet alleen vanwege zijn
afmetingen. De schildering begint onderaan als een kleine draaikolk
met lintbebouwing en stadsmuren, om via een brandende cirkel - het
bombardement - uit te monden in een apotheose van moderne gebouwen
en vierbaanswegen. Dit is de groszstadt van de Rotterdamse city
branding, dynamisch en vibrerend. Bode bezigt de stijl van de eigentijdse
metropool, cartoonesk en kleurrijk, met invloeden van graffiti -
die in Rotterdam ironisch genoeg vooral welig tiert in de naastgelegen
Hoogstraat maar daar door de gemeente fel bestreden wordt.
Het is het toppunt van het 21e-eeuwse verlangen naar zichtbaarheid:
middenin de stad een kunstwerk laten maken om diezelfde stad te
visualiseren. Kunst ten dienste van city branding, is dat heel erg?
Soms wel, hier niet. De grote stad is voor veel kunstenaars zo'n
inspiratie, ook Bode hoefde geen concessies te doen. Eendimensionaal
of fantastisch, hij zet alles in op die ene boodschap: met tomeloze
energie spat het beeld van de metropool naar voren. Dit is niet
Rotterdam, dit is de hardnekkige wederopbouwdroom die Bode verbeeldt.
Luuk Bode, De Oorsprong van Rotterdam, t/m 13 augustus 2007 op
de Binnenrotte, Rotterdam. Inl.: 010 2807171 / www.enterthemothership.com
|