Joachim Schmid
(NRC Handelsblad, 12 oktober 2007)
We kijken slecht. Wij allemaal. Het is een overbekende kwaal, een
noodzakelijk afweermechanisme tegen de dagelijkse beeldenovervloed.
Het is ook een dilemma voor kunstenaars: waarom zou je hier nog
meer beelden aan toevoegen? Een kunstenaar die daarvoor past, is
de Duitser Joachim Schmid. Eerst de oude beelden op maken, vindt
hij, voor we aan nieuwe beginnen. Schmid herschikt oude, veronachtzaamde
foto's van onbekende fotografen, in de hoop dat we beter gaan kijken.
Onder kunstenaars is hergebruik van bestaande foto's tegenwoordig
erg populair. Maar Schmid is geen meeloper: hij begon vijfentwintig
jaar geleden al amateurfoto's te verzamelen. Via dubieuze advertenties
in de krant, over dat foto's te giftig zijn voor bij het gewone
afval, wist hij talloze fotoseries toegestuurd te krijgen. Vervolgens
ging hij ze hergroeperen tot 'kunst'. Sindsdien archiveert hij foto's
in zelfbedachte categorieën en in miniboekjes, schept hij nieuwe
gezichten van doorgescheurde portretten, of maakt hij er met dank
aan de versnipperaar abstracte composities van.
Op dit moment gooit Schmid hoge ogen met een overzichtstentoonstelling
bij het Nederlands fotomuseum. Tegelijkertijd exposeert hij elf
nieuwe foto's bij XX Multiple Galerie, dat tegenwoordig in de luwte
opereert op een locatie in Charlois. Het zijn elf fotoportretten
van Duitse tv-persoonlijkheden, die hij van internet plukte en zo
ver uitvergrootte dat alleen vierkante blokjes overbleven. Deze
digitale abstracties zien er sterieler uit dan zijn afgedankte amateurkiekjes,
maar ze zijn net zo clichématig. Duitser dan dit worden foto's
niet; deze portretten van te keurig gekapte dames en heren, in te
saaie colberts, te obligaat glimlachend tegen een grijze fotostudioachtergrond.
Dat er nog mensen Duitse televisie kijken, is een wonder.
De meeste stervelingen voelen compassie voor straathonden of kindertjes
in Afrika, Schmid heeft dat met sneue foto's. De beelden die hij
redt van de vergetelheid, hebben meestal iets kneuterigs. Ook de
serie bij XX is gemaakt van foto's die eigenlijk geen tweede blik
waard zijn. Door deze elf saaie portretten groot op te blazen en
in een galerie te hangen, emancipeert hij ze tot kunst, net zoals
Marcel Duchamp ooit deed met zijn urinoir. Alleen gaat het Schmid
om meer dan het statement, hij wil zorgen dat we een beetje van
deze foto's gaan houden.
En dat laatste is lastig. Met lelijke foto's is het geen liefde
op het eerste gezicht. Die liefde moet groeien. Je moet meerdere
van dit soort foto's zien, voordat je bevangen raakt door de schoonheid
van treurnis. Dat lukt dan ook prima bij Schmids grote overzicht
in het fotomuseum. Maar met slechts één zo'n serie
in een galerie sta je je toch vooral af te vragen waarom je zo bloedserieus
naar zulke saaie foto's staat te kijken.

Joachim Schmid 'Untitled Portraits' t/m 25 november 2007 bij XX
Multiple Galerie, Kromme Zandweg 110, Rotterdam. Do t/m zo 13-18u.
www.xxmultiplegalerie.nl
|