Diagonalen oké, maar groen is verboden
(NRC Handelsblad, 3 januari 2016)
Laten we eerst even het grote misverstand uit de weg ruimen. Ja,
ze hadden ruzie, maar nee, het kwam niet doordat Theo van Doesburg
diagonalen ging schilderen dat Piet Mondriaan hem ontvriendde. Zijn
kunst was streng, flauw was hij niet. Alleen, toen op de diagonalen
meer verschillen van inzicht volgden, was de boot aan. Mondriaan
verliet De Stijl, het tijdschrift en collectief waarvan volgend
jaar de honderdste verjaardag groots gevierd zal worden.
Als prelude daarop heeft het Stedelijk Museum een kleine maar fijne
De Stijl tentoonstelling ingericht, inclusief diagonaal themazaaltje.
Een schilderij van Van Doesburg toont de schuine contouren waarmee
hij de dynamiek van de moderne tijd wilde uitdrukken. Dat kon dynamischer,
vond tijdgenoot César Domela, wiens diagonalen met golvende lijnen
wild sculpturaal uit twee andere werken steken.
En bruggen slaand naar later tijden hing het museum daarbij Sigurdur
Gudmundssons fotowerk 'Study for Horizon' uit 1975, waarop de kunstenaar
de houding van een scheve paal kopieert. Dat hou je niet lang vol,
bewijst Bas Jan Ader met zijn video 'Broken Fall (Geometric)' uit
1971, waarop ook hij schuin gaat staan en omvalt, de bosjes in.
"Net goed," zou Mondriaan vast gedacht hebben.
De Stijl, je kunt er wel honderd tentoonstellingen over maken. En
dat zal wel gebeuren ook. De groep had zo'n invloed, dat je er als
kunstenaar al gauw voor of tegen was (waarom hangt Barnett Newmans
Who's Afraid of Red Yellow and Blue er niet?). De tentoonstelling
opent met de naoorlogse Calder en Kelly, blauwe en rode en zwarte
vlakken. Ook een recent beeld van Isa Genzken is getooid in primaire
kleuren - bewust of onbewust, zegt de zaaltekst wat schouderophalend.
Ach ja. Schouders ophalen, dat kan prima nu de revolutionaire bezieling
van weleer museaal is opgebaard. Dat zorgde in de jaren zeventig
al dat De Stijl grappend als verdund decoratief sausje werd opgediend,
in interieurcollages van Richard Hamilton of Ger van Elks stilleven
van gele bananen - toefje rood erbij, blauw, klaar.
Tussen die sprongen voorwaarts verhaalt de tentoonstelling ook over
de oorspronkelijke ideeën van De Stijl. Over een groot streven naar
een vergeestelijkte en universele schoonheid, waarvoor kunstenaars
moesten worden verlost van eerzuchtig individualisme. Hopend op
een totale harmonie van kunst en leven waren er ook minder bekende
bekeerlingen, of kende u Marlow Moss, de 'uitvinder' van de dubbele
lijn (schilderijen met een zwarte =). En bepaald succesvol was Joost
Baljeu, met zijn geometrische buitenbeelden voor politiebureaus
en groeigemeentes. Zo bracht hij de gedroomde abstracte schoonheid
toch in behoorlijk wat uithoeken van het echte leven.
En dan zijn er nog de kunstenaars waar Mondriaan minder blij van
zou worden. "Bratatatata!" roept het gestriptekende drieluik van
Roy Lichtenstein in, zowaar, primaire kleuren. "Je kunt me altijd
met Mondriaan verbinden," zei de pop artist eens in een interview,
wat ook bijna wat schouderophalend klinkt. Miguel-Ángel Cárdenas
blies op zijn beurt De Stijl leven in door Mondrianeske composities
als een soort kaarsen, die afbranden, of een geometrisch doosje
met ritssluiting met daarachter leuke plastic spulletjes. In die
vrije interpretaties past ook de ruit door General Idea uit 1994,
een bijna net echte Mondriaan, afgezien dan een vlakje dat... groen
gekleurd is. Diagonalen, vooruit, maar groen, dat is bijna vals.

Tentoonstelling: 'De Stijl in het Stedelijk: 100 jaar De Stijl',
t/m 21 mei 2017 in het Stedelijk Museum, Museumplein 10, Amsterdam.
Dagelijks 10-18u, vr tot 22u. www.stedelijk.nl (foto Courtesy en collectie Stedelijk Museum Amsterdam:
Rood-blauwe stoel van Gerrit Rietveld, ontworpen in 1919 naast Elsworth Kelly's Blauw-rode schommelstoel uit 1963)
|