sandrasmets.nl w w w
 
 
sandrasmets.nl / 20e eeuw / roy lichtenstein
Roy Lichtenstein
(NRC Handelsblad, 26 juli 2010)

Wat waren de Amerikanen blij rond 1960, toen zomaar, bijna vanuit het niets, Pop Art ontstond. Ongekend fris was deze ode aan de consumptiemaatschappij, niet voor niets gemaakt door kunstenaars met day jobs in de reclame. Het voelde als een revolutie. Niet echt iedereen was blij: de heersende Abstract Expressionisten keken dit jonge spul niet eens aan. Maar voor de meesten werd het vroeg of laat helder: dit was de eerste écht Amerikaanse kunst. Het juk van de Europese tradities (nog voelbaar in het Abstract Expressionisme) was afgeworpen. De kolonisator was verslagen. Pop Art bezingt een lifestyle die onmiskenbaar Amerikaans is. De VS waren hiermee wereldkampioen toonaangevende kunst geworden. En zouden dat nog een hele tijd blijven.

Dat wetende, wat moeten we dan denken van de huidige tentoonstelling van Roy Lichtenstein in Keulen? Lichtenstein (1923-97) werd beroemd om zijn metersgrote schilderijen van comicstrips, waarvan buiten de VS het Museum Ludwig de grootste collectie heeft. Maar behalve strips schilderde hij talloze beroemde meesterwerken uit de kunstgeschiedenis na, merendeels Europese - de traditie waar Pop Art juist korte metten mee had gemaakt. En het was ook geen incidentele zijstap, zo blijkt in het Ludwig. Daar hangen zo'n honderd Monets, Picasso's, Legérs en oud-Griekse sculpturen, alles à la Lichtenstein met zwarte contouren, polkadots en arceringen. De tentoonstelling is net één grote kunstencyclopedie, in stripvorm.

Lichtensteins benadering van de kunstgeschiedenis is net zo humoristisch als zijn andere werk. Zo schilderde hij een vrouwenschilderij na van Willem de Kooning - een van de Abstract Expressionisten die spuwden op Pop Art. Dit kopieerde Lichtenstein door de woeste verfstreken te vatten in zwart omrande spetters en strepen. Het oogt lekker, net als een cartoon, maar zo netjes omkaderen staat haaks op de spontane expressie in verf die heilig was voor de abstract expressionisten. Ook haalde hij grapjes uit met geometrische abstracte kunst, die een lange en bloedserieuze traditie heeft. Deze kunst vertaalde hij in schuine lijnen en rasters, waarvan dan net een hoekje lollig uit beeld stak - een knipoog vooral naar Frank Stella's 'shaped canvases'. Maar Lichtensteins versie heeft zo'n jazzy speelsheid dat je denkt 'ach, wat deden al die abstracte kunstenaars toch moeilijk'.

Toch is de tentoonstelling niet zo iconoclastisch als het lijkt. Je ziet het al op de video met archiefbeelden die in de tentoonstelling draait. Daar loopt Lichtenstein met een lichte tred door een museum, alles aan hem straalt blijheid uit. Hij zou zijn hele leven een jongensachtige man blijven, met twinkelende ogen die zijn liefde voor de buitenwereld verraden. Kunst was een van die liefdes. Dat zijn tentoonstelling in Keulen er zo hondsbrutaal uitziet, komt door het gemak waarmee hij zomaar even de kunstgeschiedenis overdeed. Het doet denken aan hoe architecten in Vegas even Venetië of Parijs nabouwen. Bovendien, om het nog erger te maken, was die kunstgeschiedenis maar één van zijn zijstapjes naast zijn meer reguliere stripdoeken. Zijn honderddertig stillevens, of zijn talloze vliegtuigen, kunnen ook een museumvleugel vullen.

Niet elke kopie was een succes. Zijn meditatieve Chinese landschappen, met kleine rasterpunten en veel wit, zijn vooral saai. Lichtenstein en verstilling, dat gaat niet. Als hij vurig gebalde vuisten naschilderde, doofde het socialistische vuur in zijn gladde eindresultaat. Maar had Pop Art bestaan in de tijd van de futurist Carrà, dan zou die een bekeerling zijn geweest. Zijn snelle ruiter wordt in Lichtensteins versie nog dynamischer en moderner. Ook Picasso's werk vaart er wel bij. Lichtenstein breekt zijn composities ook op in vlakken en lijnen, die samen toch een geheel vormen. Want al schilderde hij populair, voor elk werk zocht hij een nieuwe oplossing met combinaties van arceringen, rasters en losse verftoetsen. Achter al die bombarie gaan veel finesses schuil.

De tentoonstelling in Keulen oogt net zo fris en ongedateerd als zijn andere schilderijen die, mede door hun mediagenieke kwaliteit, het nog altijd goed doen in de kunstmarkt. Beleggers doen hun miljoenenaankopen vaak op basis van een foto. Daarop schittert Lichtensteins werk net zo goed als in het echt, en toch is het niet oppervlakkig. Hij weet de kunsthistorische topstukken een iconische kwaliteit te geven - zoals Warhol dat met Marilyn deed en Obey met de 'Hope' verkiezingsposter van Obama. Groot, veel en swingend - ook Lichtensteins Europese Pop is op en top Amerikaanse kunst.

Tentoonstelling: Roy Lichtenstein - Kunst als Motiv, t/m 3 oktober 2010 in Museum Ludwig, Heinrich-Böll-Platz, Keulen, Duitsland. Inl.: www.museum-ludwig.de

sandrasmets.nl / 20e eeuw / avant-gardes '20/'60